Abel, voor wie de beloofde Verlosser niet snel genoeg kon komen,
merkte van binnen dat God zijn offer wel goed vond. Abel was heel
erg gelukkig, tot diep in zijn hart. Kaïn vond het verschrikkelijk
dat God het offer van Abel had aangenomen en het offer van hem
niet. Daar zaten ze, een gelukkige Abel en een boze Kaïn.
|